De toekomst begint met goede infrastructuur

Column  ‘De Bomen en het Bos’   De Standaard, 6 februari 2019

http://www.standaard.be/cnt/dmf20190205_04155544

Met het overheidsbudget is het een beetje zoals met het klimaat en het milieu in dit land. Onze regeerders gaan er prat op dat ze veel ‘maatregelen nemen’. Ze doen alsof ze daarmee ‘het doel’ bereiken. Dat doel is meestal niet zelfgekozen, maar opgelegd door de Eu­ro­pese Unie of een andere internationale instantie. Als ze verplicht worden na te rekenen of ze met die ‘maatregelen’ het doel bereiken, blijkt dat meestal niet het geval.

Bestuurders liggen duidelijk niet wakker van de langetermijndoelen. Bovendien nemen ze meestal alleen maatregelen waarvan ze vermoeden dat die hun imago ten goede komen en mijden ze maatregelen waarvan ze het tegendeel menen.

De bevolking komt daartegen niet in opstand. Ze loopt niet warm voor ‘het budget’, zoals de meesten tot voor kort ook niet warm liepen voor ‘het klimaat’. Doorgaans zijn het de internationale organismen die ons land voor laksheid op de vingers tikken, waarna er enkele ‘aanvullende maatregelen’ komen. Soms goede, vaak ontwijkende.

Het klimaat heeft intussen een extra aanjager gekregen: een deel van de bevolking komt op straat omdat het vindt dat het beleid te laks is. Het eist een straffer beleid. Eindelijk.

Het zijn vooral de jeugd en de gezinnen die op straat komen. Dat is logisch. Het zijn de jongeren die over enkele decennia de zwaardere gevolgen van de klimaatverandering zullen voelen. Ze zullen straks met de voeten in het water staan, of in de zomer zonder groen zitten. Hun kinderen zullen zwakke longen hebben en niet zonder puffers kunnen.

Vlaams minister van Landbouw, Natuur en Omgeving Joke Schauvliege (CD&V) noemde de betogers eerst nog bondgenoten, maar zag er dit weekend plotseling een samenzwering in. Kletskoek natuurlijk. Erger nog werd het toen ze de Staatsveiligheid inriep als gezag om dit te bevestigen. Het was even twijfelen tussen uitbarsten in lachen of meteen ontslag eisen. Maar het is simpel: een minister die liegt en daarin ‘de instituten’ meesleept, wordt het best wandelen gestuurd. Adieu, Joke Schauvliege.

Voor de jongeren dreigt niet alleen het

klimaat,  maar ook een staatsschuld van

400 miljard euro die zij moeten afbetalen

We zijn nog niet zover dat het volk of de jeugd voor de begroting op de barricaden gaat staan. Het slechte begrotingsbeleid treft nochtans vooral de jongeren. Zij zullen de immense staatsschuld van bijna 400 miljard euro moeten afbetalen. Zij zullen essentiële beleidsinstrumenten missen, omdat er zo veel geld moet gaan naar de niet-afgeloste schulden van de vorige generaties. Zij hebben ook weinig hoop dat zij later nog een pensioen zullen krijgen. Zij zien een overheid die niets anders doet dan knippen in pensioenen die nu al gemiddeld flink lager zijn dan die in de buurlanden.

De jongeren zien ook de degradatie van het openbaar domein. Grote delen van onze hoofdstad zijn vuil, lelijk en verloederd. Zij ondervinden dagelijks dat een op de zes treinstellen in panne staat of in herstelling is (DS 1 februari). Zij zien dat tunnels gesloten worden, omdat delen van het dak naar beneden komen. Zij voelen, als ze met de auto terugkomen uit het buitenland, dat onze wegen tot de slechtste in Europa behoren. Zij zien dat het personeel van musea en gerechtsgebouwen met emmers in de weer is omdat het binnenregent.

Eén op de zes treinstellen staat in panne

Laten we dat even vertalen in cijfers. De investeringen van onze overheden bedragen 1,6 tot 1,8 procent van het bbp. De gouden regel van de openbare financiën die de meeste landen volgen, zegt dat 3 procent nodig is om de infrastructuur ‘op peil te houden’, legt econoom Wim Moesen (KU Leuven) uit. Wij komen aan amper de helft. Dat betekent dat onze wegen, havens, dijken, overheidsgebouwen, scholen en musea al jaren aftakelen. Wat de waarde van het overheidspatrimonium betreft, staat ons land 20ste op 22 Oeso-landen, berekenden andere economen.

Wegen, dijken, overheidsgebouwen,

scholen en musea takelen al jaren af

Hoe dat komt? Onze bewindvoerders hebben in de jaren tachtig ontdekt dat besparen op mensen tot betogingen en stakingen leidt, maar besparen op stenen niet. Sindsdien is de aftakeling van het openbaar patrimonium begonnen. En ze is almaar doorgegaan. Onze overheden spenderen meer geld dan ze binnenkrijgen aan ‘overheidsconsumptie’, dagelijkse uitgaven. En ze houden niets over voor investeringen en voor de toekomst.

CD&V-voorzitter Wouter Beke kon zondag in De zevende dag (in betere tijden, want toen mentaal nog niet bezwaard door de blunders van Schauvliege) nog lucide pleiten voor de invoering van een investeringsplicht ter waarde van 3 procent van het bbp, en dus het herstel van de ‘gouden financieringsregel’ van Moesen. Die stelling werd nauwelijks opgepikt door de media en de andere politici. Wat was dat nu weer? Daarvoor had nog nooit een politicus gepleit.

Herstel de Gouden Regel van de

3 procent investeringen. Minstens.

Het Planbureau berekende recent dat een stijging van de publieke investeringen met 0,5 procent, de economische groei op termijn doet stijgen met 2,8 procent. Maar dat is pas ‘op termijn’ en niet tegen de verkiezingen van 26 mei. We kunnen zeuren over onze politici en hun gebrek aan begrotingsorthodoxie.

Dit keer niet zeuren maar hopen.

Laten we dat deze keer eens niet doen. Laten we blij zijn dat er al één partijvoorzitter is die het belang van overheidsinvesteringen in infrastructuur ontdekt heeft. Je weet maar nooit dat er nog volgen.