ma 7 februari 2022
Tijd voor nieuwe wetten
Column in Peiler, tijdschrift over palliatieve zorg en het levenseinde.
Het is goed dat Wim Distelmans in dit nummer nog eens ‘les geeft’ over ‘wat wat is’ in de palliatieve zorg en de definities nog eens helder stelt. Wat is het onderscheid tussen palliatief en chronisch? Tussen palliatief en terminaal? Tussen palliatief en curatief? Wanneer is het voortzetten van een behandeling zinloos en wanneer spreken we dus van therapeutische hardnekkigheid? Is supportieve zorg hetzelfde als palliatieve zorg? Omvat palliatieve zorg ook rouwzorg?
Hij zet dit alles nog eens netjes op een rij en dat is nodig, want er circuleren soms heel verwarrende berichten doordat foute termen gebruikt worden.
Juiste terminologie is nodig
om goed te kunnen discussiëren
En discussiëren in de juiste termen is zeer belangrijk, want we staan op een keerpunt. De drie wetten uit het trio dat ontstond in 2002, exact 20 jaar geleden, zijn dringend aan herziening toe: de wet op de palliatieve zorg, de euthanasiewet, en de wet op de patiëntenrechten. Die drie regelgevingen konden er in dit land maar komen, als ze samen tot stand kwamen. Nu zijn ze ook samen verouderd.
En dan is het goed dat de termen helder zijn voor iedereen en altijd juist gebruikt worden.
De wet op de palliatieve zorg is al eens aangepast maar verdient nog actualisering en vergt vooral vervolgregelingen op het niveau van de deelstaten; het grootste deel van de bevoegdheden is naar hen overgeheveld. De palliatieve zorg in dit land en de ondersteuning ervoor hebben een stevige boosterprik nodig.
Ook de euthanasiewet verdient bijspijkering. Er is vooreerst een heel moeilijke uitbreiding te maken naar de mensen met dementie. Daarnaast hebben recente rechtszaken aangetoond dat het ontbreken van strafsancties voor wie de voorwaarden van de wet schendt, het
openbaar ministerie ertoe kan aanzetten om van moord te spreken bij niet-naleving van de voorwaarden. Om dat te vermijden moet de euthanasiewet dus absoluut in sancties voorzien voor wie een of meer voorwaarden schendt. Uiteraard moeten andere levensverkortende ingrepen ook in lijn gebracht worden met deze wet en moeten ze dus ook aan voorwaarden en melding onderhevig worden.
De Euthanasiewet behoeft ook strafsancties
bij schending van de voorwaarden
De wet op de patiëntenrechten tenslotte behoeft ook actualisering. Ze was revolutionair toen ze in 2002 verplichtte de patiënt te betrekken bij de beslissingen en toen ze het begrip informed consent invoerde. Vandaag is het denken een heel stuk verder geëvolueerd en moet de patiënt echt aan het stuur van zijn zorg komen, uiteraard in dialoog met zijn zorgverstrekkers.
De juiste terminologie moet verspreid zijn voor het publieke debat begint en voor de beslissingen vallen. Er moet ook voldoende tijd zijn voor een rustig debat. De drie vorige wetten kwamen tot stand met heftige en verwarringstichtende discussies en zonder directe betrokkenheid van de brede zorgsector. Het heeft daardoor ook zeker tien jaar geduurd vooraleer ze correct werden begrepen door een meerderheid van de zorgverstrekkers en het brede publiek.
Vooraf de mensen en de zorgverstrekkers rustig en intens betrekken in een discussie waarin de juiste termen gebruikt worden, is de voorwaarde om
een snelle toepassing van de nieuwe wetgeving te bekomen.
Guy Tegenbos
Columnist De Standaard
Deze column verscheen in dit nummer van Peiler:
Het artikel van Wim Distelmans waarnaar in dit artikel verwezen wordt, staat op pp. 12 e.v.