De derde helft van ons leven

Boekbespreking door Guy Tegenbos

Michaël Van Droogenbroeck & Ewald Pironet, Investeren in de derde helft van je leven. Hoe je (comfortabel) van je pensioen geniet en tegelijk je (klein)kinderen op weg helpt Lannoo (375 pagina’s, 24,99 euro, ISBN 9789401484718)

Verplicht curriculum voor senioren

De wereld is te complex geworden om aan het toeval over te laten of onze jongeren zich financieel, economisch en sociaal kunnen oriënteren in de wereld van vandaag. Ze moeten minimale bakens meekrijgen vanuit het onderwijs. Jarenlang heb ik gepleit om die sleutelcompetentie op te nemen in de eindtermen, in datgene wat alle jongeren minimaal in hun rugzak moeten hebben voor ze op hun 18de levensjaar de wijde wereld in stappen. De financiële en economische geletterdheid is uiteindelijk opgenomen in de curricula voor alle jongeren. Voortaan komen thema’s aan bod als consumentenrechten en beïnvloeding van koopgedrag; loon en sociale zekerheid; sociale rechten en plichten; betalen, sparen, lenen, rente, schuld enzovoort.

Het boek “Investeren in de derde helft van je leven” van Michaël Van Droogenbroeck en Ewald Pironet deed me meteen aan het belang van zo’n rugzak denken. Eenieder die ouder wordt of het is, en eenieder die hen daarbij begeleidt, zou over elementaire bakens moeten beschikken wat betreft het financiële, sociale en economische terrein. Geen hoogdravende theorieën of hypergespecialiseerde kennis, neen, gewoon basisinzichten. Nogal wat van onze ouderen zijn behoorlijk geëquipeerd voor die terreinen, maar niemand kent de essentie van alles en zeker niet van wat nieuw is. De zorgvolmacht, bijvoorbeeld, is nog bij vele ouderen onbekend hoewel ze al in het vorig decennium werd ingevoerd.

Wat behandelt dit boek?

In de eerste plaats het inkomen van de ouderen: hun wettelijk pensioen en de hoogte of de laagte ervan, en vragen als: wat gebeurt er met je pensioen als je partner overlijdt, hoeveel verlies je als je vervroegd op pensioen gaat, hoe zit het met de inkomensgarantie voor ouderen die geen of bijna geen pensioen hebben? Verder worden behandeld: de aanvullende pensioenen en de wijze waarop die belast worden, pensioensparen, en werken na het pensioen. Maar ook: hoe zit het met sparen en beleggen op latere leeftijd? Doe je dat anders dan voordien? En welke rechten en voordelen vallen je te beurt eens je de 65 voorbij bent?

Ook wonen is een thema. Blijf je in je oude huis met tuin in de buitenwijk wonen of verhuis je tijdig naar een kleinere woning in het stads- of dorpscentrum? Hoe zit het met thuisverpleging, thuiszorg en mantelzorg? Wat bieden assistentiewoningen en woonzorgcentra? De auteurs leren je ook hoeveel het verblijf in zo’n woonzorgcentrum kost en hoeveel mensen dit kunnen betalen met hun pensioen. Zij behandelen bijvoorbeeld ook de vraag wat het kost om te overwinteren in Spanje of Zuid-Afrika.

De al eerdergenoemde zorgvolmacht komt aan bod, evenals wat te doen bij wilsonbekwaamheid. De wilsbeschikkingen bij het levenseinde worden behandeld, evenals de nieuwe regelgeving over erfenissen en testamenten en verder de schenkingen die vaak gebruikt worden om later erfenisbelasting te ontwijken of om de kleinkinderen startmogelijkheden te bieden, enzovoort. Ook de kosten van een uitvaart en de zin of onzin van begrafenisverzekeringen komen aan bod.

Dat alles wordt leesbaar en (be)grijpbaar gepresenteerd. Kritische noten worden niet geschuwd: een aanpak waar de beide auteurs-journalisten (de ene bij de openbare omroep VRT, de andere bij weekblad Knack) in hun dagelijks werk ook al bekend om staan. Als men bij de testen ‘begrijpend lezen’, waarop onze jongeren tegenwoordig zo slecht scoren, zulke teksten zou presenteren, dan zouden hun cijfers flink beter zijn.

Wie het boek (375 pagina’s) of de inhoudsopgave (96 hoofdstukjes) doorkruist, leert meteen hoeveel basiskennis eigenlijk vereist is om op een goede manier het leven van een 65-plusser te leiden. Dat is het meest ontstellende van dit boek. De samenleving is toch wel flink complex geworden. Als ouderen naar school zouden moeten alvorens op pensioen te mogen gaan, zou dit hun handboek voor financiële en economische geletterdheid kunnen zijn. De basiskennis die dit boek biedt, zou ook tot de basisuitrusting moeten behoren van al wie ouderen en zeker de kwetsbaren onder hen, begeleidt.

Een beetje onderbelicht in dit boek zijn de zorgaspecten van het bestaan van een senior in deze tijd. Weinig mensen hebben nog een overzicht van het aanbod en van de wetten en regelgevingen die heersen. Veel senioren kunnen lang uit de greep van de zorgvoorzieningen blijven, willen er zich daarom ook niet in verdiepen, en worden dan plots geconfronteerd met de wetmatigheden van de lappendeken aan voorzieningen waarin ze hun weg niet vinden.

Vroeger zou men de auteurs verweten hebben dat ze hun werk niet doorspekt hebben met eindeloos veel links naar plekken op het internet waar de lezer dieper kan ingaan op de behandelde onderwerpen. Google en ChatGPT zijn evenwel zo ver gevorderd dat zulke links niet meer nodig zijn en dat de geheimen van het web ontsloten kunnen worden zodra de basiskennis van het onderwerp – die dit boek biedt – aanwezig is.

Dit boek is het derde in een reeks. Het eerste boek ‘Investeren in de eerste helft van je leven’ verstrekt economische en financiële informatie voor jonge mensen en jonge gezinnen. De opvolger, ‘Investeren in de tweede helft van je leven’, ging vooral over vermogensopbouw in de levensfase nadien. Al snel bleek dat er nog een ‘derde helft’ van het leven moest behandeld worden. Bij deze!

Over de auteur:

Guy Tegenbos is voormalig politiek en sociaal-economisch journalist

van de Vlaamse krant De Standaard